NOGA over gokreclame

Wat is er volgens NOGA mis met de afspraak om maximaal drie gokreclames per reclameblok toe te staan?

“Vooropgesteld, het is heel goed dat er nu er een reclamecode voor online gokken komt. Wij kunnen het ons niet veroorloven dat er geen bescherming tegen te veel gokreclame komt. En dat laatste is nu precies het punt waarover NOGA zo bezorgd is“, zegt Peter-Paul de Goeij, directeur van NOGA.

“Deze code gaat namelijk niet ver genoeg. De beperking van drie gokreclames per blok, geldt alleen voor reclames voor internetgokken. Dus naast drie reclames voor online gokken, mogen straks wel gewoon onbeperkt Holland Casino, Gaston en Koning TOTO reclame maken voor hun offline aanbod.

De kijker maakt dat onderscheid tussen offline en online helemaal niet – de consument ziet gewoon een irritante gokreclame. Daarbij zijn gokreclames van de huidige gokaanbieders nu al alom en overal aanwezig; op televisie, radio, internet, bushokjes en in onze brievenbussen. Laten we wel zijn, consumenten vinden te veel gokreclames ook gewoon irritant.

Die irritatie, en het overspoeld worden met gokreclame moeten we echt voorkomen. Daarom roept NOGA al sinds juni 2019 alle gokaanbieders, online, offline, de Postcodeloterij – maar ook de mediapartijen en de omroepen – op om de tafel te gaan en afspraken te maken over de totale hoeveelheid gokreclame in Nederland. Om de groei die er aan komt, met de legalisering van de online markt, te temperen en een gokreclamelawine te voorkomen.

Doen we dat niet, dan komt er misschien wel een verbod op gokreclame en dan lukt het ons niet meer om consumenten over te halen mee te spelen bij een legale goksite. NOGA pleit daarom voor reclame volume beheersing.“

Hoe kijkt NOGA naar de gang van zaken rond het opstellen van de reclame code voor online gokken?

“Dat verdient bepaald geen schoonheidsprijs. NOGA vertegenwoordigt met tien leden meer dan een ruime meerderheid van de toekomstige vergunde online gokaanbieders in Nederland. Helaas is NOGA ondanks herhaaldelijke verzoeken, niet van meet af aan betrokken door de landgebonden aanbieders die aan deze code hebben geschreven. Deze uitsluiting is heel onverstandig. Zelfregulering is immers gebaat bij een zo groot mogelijk draagvlak.

Het is ook een gemiste kans omdat NOGA niet de gevarieerde en ruime internationale expertise opgedaan door haar leden in verscheidene andere Europese landen heeft kunnen inbrengen. NOGA mocht slechts – als doekje voor het bloeden – commentaar leveren op de uiteindelijke conceptversie, maar haar belangrijkste kritieken zijn terzijde geschoven.

Maar goed, wij slaan die bladzijde nu om en kijken vooruit. Wij steunen de code maar, wel met de belangrijke toevoeging dat die sector overstijgende afspraak van reclame volume beheersing, noodzakelijk is en ik nodig hier graag nogmaals – alle collega’s, de media partijen en de omroepen uit – om in een coalitie van welwillenden om de tafel te gaan om gezamenlijk een gokreclamelawine te voorkomen.”